Categorieën
Nieuws

De fasen van een crisis, en hoe wij daar als kerk wel wat mee kunnen…

Beeld: SAMHSA.com

Volgens mensen die er meer verstand van hebben dan ik, doorgaat elke crisis een aantal fasen. En als we terugkijken naar de Corona-crisis, zul je vast de verschillende stappen herkennen:

  1. Eerst is er de aanloop. Weet je nog? Dat was in februari van vorig jaar. Toen we allemaal nog dachten (niet eens hoopten) dat het virus wel in Italië zou blijven.
  2. Daarna volgt de impact, de harde realiteit dat het virus ook aan ons niet voorbij gaat. Halverwege maart vorig jaar kwam dat besef – mét de eerste lockdown.
  3. Maar dan volgt de heldenfase. De fase waarin we met z’n allen de schouders eronder zetten en mooie dingen bedenken om de crisis het hoofd te bieden: applaudisseren op het balkon, papieren shirtjes met hartjes in het raam, knuffelberenwandeltochten – je weet het vast allemaal nog wel. In deze fase voelen we ons sterk, geborgen en is de eendracht op z’n hoogst.
  4. Maar als de crisis allengs langer aanhoudt, komt ook de val – de desillusie. En ik durf de stelling wel aan dat we ons al sinds september vorig jaar in deze fase bevinden. De koek is op, de energie is ver te zoeken en het knusse van thuis dat eerder zo fijn leek, voelt nu als een last en een keurslijf.

…applaudisseren op het balkon, papieren shirtjes met hartjes in het raam, knuffelberenwandeltochten – je weet het vast allemaal nog wel.

Desillusie gewend
Ik durf de stelling óók wel aan dat dit het moment in de crisis is waarin de kerk haar belangrijkste rol kan spelen. Want er volgen nog twee fasen die ons – als kerk, als mensen van Christus – als het ware zouden moeten passen als een oude jas. Wij zijn zogezegd de desillusie wel gewend. We voelen het al eeuwen mee: als het ware samen met de discipelen. Bijvoorbeeld vlak na Pasen, als de steen nog niet is weggerold en we nog niet weten welke glorie er komt. Of met Hemelvaart, als we met de discipelen verward naar de hemel staren als Jezus aan het zicht onttrokken wordt. En plaatsvervangend zitten we op Pinksteren met hen in die zaal, wachtend op die mysterieuze helper die Jezus had beloofd. De desillusie is ons niet vreemd.

Vooruitzicht van het koninkrijk
Wij hebben wel eerder met het bijltje van de desillusie gehakt. Maar: altijd met het vooruitzicht van het Koninkrijk. En dat helpt ons om die laatste fasen van de crisis constructief door te komen. En het nodigt ons uit om anderen mee te nemen. Wij weten misschien wel een beetje de weg…

Wij hebben wel eerder met het bijltje van de desillusie gehakt.

5. In de vijfde fase, dwars door het dieptepunt heen, helpen ons herinneringsmomenten. Het is goed om te herdenken. In de kerk hebben we daar bijvoorbeeld momenten en rituelen voor. Denk aan Eeuwigheidszondag of Allerzielen en Allerheiligen. Denk ook aan het simpelweg branden van een kaars, het uitspreken van een gebed, het zingen van een lied. Voor al dit soort momenten heeft de gemeenschap van gelovigen al eeuwen lang tools in handen.

6. De laatste fase in de crisis is de wederopbouw en het door de pijn heen werken. En ook juist dit zou ons gelovigen moeten passen. Mij hielp bijvoorbeeld sterk het verhaal van Paulus en Silas in de gevangenis: in opgelegde quarantaine vonden ze hun uitweg en bevrijding bij uitstek in het lofprijzen van God.

Ik neem uit deze periode mee dat het soms best moeilijk is om te leven uit de hoop die in ons is (1 Petrus 3:15). Juist in die fase van desillusie vergaten ik en de mensen om mij heen wel eens dat die desillusie heus niet uniek voor mij en voor ons is (Psalm 137:4). Maar we hebben – samen met het volk daar in Babylon, of het volk in de woestijn, of de ontgoochelde leerlingen – alles in hart en handen om door de pijn heen te werken. Op naar glorende hoop!

Bram Dijkstra
Voorganger CrossPoint – kerk in Getsewoud
Voorheen pastoraal werker NGK Oegstgeest e.o.
(Deze column verscheen eerder in verkorte versie in editie van mei/juni van het Oegstgeester Kerkblad)